Box 3 rechtsherstel
Heeft u vermogen in box 3? Dan krijgt u mogelijk te maken met het box 3 rechtsherstel. Na een uitspraak van de Hoge Raad bleek de belastingheffing in box 3 jarenlang onrechtvaardig. Veel Nederlanders betaalden te veel belasting over hun spaargeld en beleggingen. In deze pagina leest u alles over de compensatieregeling, welke jaren het betreft en wat dit voor u betekent.
“Veel van onze klanten hebben vragen over het box 3 rechtsherstel en wat dit betekent voor hun vastgoedinvesteringen. Een goed inzicht in deze compensatieregeling kan u helpen bij het maken van strategische keuzes voor uw vermogen.”
Esther – Vastgoed specialist
Wat is box 3 rechtsherstel?
Het box 3 rechtsherstel is een compensatieregeling voor belastingplichtigen die tussen 2017 en 2022 te veel belasting hebben betaald in box 3. De Hoge Raad oordeelde in december 2021 (het zogenaamde ‘Kerstarrest’) dat de forfaitaire vermogensrendementsheffing in strijd was met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
De oude regeling ging uit van een fictief rendement op vermogen, ongeacht het werkelijke rendement dat u behaalde. Met name spaarders werden hierdoor gedupeerd, omdat zij een veel lager rendement behaalden dan waar de Belastingdienst van uitging.
Het rechtsherstel zorgt ervoor dat belastingplichtigen compensatie krijgen op basis van het werkelijke rendement dat zij hebben behaald, mits dit lager was dan het forfaitaire rendement.
Tegenbewijsregeling vanaf 2025: werkelijk rendement opgeven
In 2024 oordeelde de Hoge Raad opnieuw dat ook de herstelwetgeving nog steeds het discriminatieverbod schendt. Dit leidde tot de Wet tegenbewijsregeling box 3, die op 8 juli 2025 door de Eerste Kamer is aangenomen.
Belangrijke ontwikkelingen in 2025:
- Juli 2025: Formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement’ (OWR) beschikbaar
- Vanaf belastingjaar 2025: Tegenbewijsregeling geïntegreerd in de reguliere aangifte
- Doelgroep: Alle belastingplichtigen met box 3-inkomen vanaf 2021
Via het OWR-formulier kunt u aantonen dat uw werkelijke rendement lager was dan het forfaitaire rendement. Als dit het geval is, krijgt u de te veel betaalde belasting terug.
Welke jaren betreft het box 3 rechtsherstel?
Het box 3 rechtsherstel en de tegenbewijsregeling gelden voor verschillende periodes:
Rechtsherstel 2017-2022:
- Volledige compensatie: Voor wie tijdig bezwaar heeft gemaakt
- Beperkte compensatie: Voor anderen alleen over 2021-2022
Tegenbewijsregeling vanaf 2021:
- 2021 en later: Iedereen kan gebruikmaken van de tegenbewijsregeling
- Voorwaarde: Tijdig verzoek tot ambtshalve vermindering (binnen 5 jaar)
Aangifte 2025 en later:
- Geïntegreerd: Tegenbewijsregeling wordt onderdeel van de reguliere aangifte
- Geen apart formulier meer nodig
Hoe wordt het werkelijk rendement in box 3 berekend?
Voor het berekenen van het werkelijke rendement gelden specifieke regels die de Hoge Raad heeft vastgesteld:
Uitgangspunten berekening:
- Totale vermogen: Inclusief banktegoeden, zonder aftrek heffingsvrij vermogen
- Werkelijke inkomsten: Rente, dividend, huurinkomsten
- Waardeveranderingen: Koerswinsten en -verliezen
- Aftrekbare kosten: Beperkt tot rente op schulden die tot box 3-vermogen behoren
- Geen inflatiecorrectie: Er wordt geen rekening gehouden met inflatie
Voor vastgoedbeleggingen betekent dit dat naast huurinkomsten ook waardeveranderingen meetellen. Dit maakt vastgoed financiering en –investeringen extra interessant, omdat de werkelijke rendementen vaak hoger liggen dan de forfaitaire percentages.
Box 3 compensatie: hoe krijgt u uw geld terug?
De procedure voor compensatie verschilt per situatie:
Automatische verwerking (2021-2022):
- Definitieve aanslagen: Verwacht eind 2025
- Verminderingsbeschikkingen: Verwacht tweede kwartaal 2026
- Geen actie vereist: Belastingdienst berekent automatisch
Tegenbewijsregeling (2025 en later):
- OWR-formulier: Beschikbaar vanaf juli 2025
- Aangifte: Geïntegreerd vanaf belastingjaar 2025
- Bewijslast: U moet aantonen dat werkelijk rendement lager is
De compensatie wordt verwerkt door middel van een vermindering van uw aanslag inkomstenbelasting. In sommige gevallen kan dit leiden tot een teruggave van eerder betaalde belasting.
Wat verandert er in box 3 vanaf 2025?
Sinds 2023 werkt de Belastingdienst met een overbruggingsregeling voor box 3. Voor 2025 gelden de volgende percentages:
Vermogenscategorie | Forfaitair rendement 2025 |
---|---|
Banktegoeden | 1,44% |
Overige bezittingen (waaronder vastgoed) | 5,88% |
Schulden | 2,62% |
Belangrijke wijzigingen 2025:
- Heffingsvrij vermogen: €57.684 per persoon (€115.368 voor fiscale partners)
- Belastingtarief: 36%
- Tegenbewijsregeling: Geïntegreerd in aangifte
Deze regeling blijft van kracht tot het nieuwe stelsel van werkelijk rendement in 2028 wordt ingevoerd.
Vooruitblik: ingrijpende wijzigingen in 2026
Voor 2026 staan belangrijke wijzigingen gepland om budgettaire tekorten op te vangen:
Minder gunstige voorwaarden:
- Heffingsvrij vermogen: Verlaagd naar €52.048 per persoon
- Fictief rendement: Verhoogd met 1,78 procentpunt voor overige bezittingen (naar ~7,77%)
- Grotere belastingdruk: Vooral voor beleggers en vastgoedbezitters
Wilt u meer weten over de fiscale aspecten van vastgoedinvesteringen? Lees dan onze complete gids over vastgoedbeleggingen voor meer informatie.
Het nieuwe box 3-stelsel vanaf 2028
De grootste verandering komt in 2028, wanneer het nieuwe box 3-stelsel op basis van werkelijk rendement wordt ingevoerd. Op 19 mei 2025 is het wetsvoorstel hiervoor aan de Tweede Kamer aangeboden.
Kernpunten nieuw stelsel:
- Werkelijk rendement: Belasting alleen over daadwerkelijk behaalde rendementen
- Vermogensaanwasbelasting: Jaarlijkse heffing over waardestijgingen (behalve vastgoed)
- Vermogenswinstbelasting: Voor vastgoed en startups, alleen bij verkoop
- Verliesverrekening: Onbeperkte voorwaartse verliesverrekening
- Heffingsvrij rendement: €1.800 per persoon per jaar (in plaats van heffingsvrij vermogen)
Voordelen voor vastgoedbeleggers:
- Waardestijgingen vastgoed: Pas belast bij verkoop
- Huurinkomsten: Jaarlijks belast, maar aftrek van kosten mogelijk
- Liquiditeitsvoordeel: Geen belasting over ongerealiseerde waardestijgingen
Als u interesse heeft in vastgoedinvesteringen, bekijk dan onze informatie over crowdfunding in vastgoed als laagdrempelige manier om te starten.
Professioneel advies bij box 3 en vastgoedinvesteringen
Het box 3-landschap verandert de komende jaren ingrijpend. Van de tegenbewijsregeling in 2025, via de verhogingen in 2026, naar het nieuwe stelsel in 2028. Voor vastgoedbeleggers bieden deze veranderingen zowel kansen als uitdagingen.
Bij Fortus helpen we u navigeren door deze complexe wijzigingen. Onze vastgoedspecialisten begrijpen niet alleen de fiscale aspecten, maar ook hoe u uw vastgoedportefeuille optimaal kunt inrichten met het oog op de komende veranderingen.
Of u nu overweegt om te starten met vastgoedinvesteringen, uw huidige portefeuille wilt optimaliseren, of vragen heeft over de impact van de box 3-wijzigingen op uw vermogen – wij denken graag met u mee over de beste strategie voor uw situatie.
Neem contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek over uw vermogen en de mogelijkheden die de veranderende box 3-regels bieden voor uw financiële toekomst.
Veelgestelde vragen
Ja, voor de jaren 2021 en later kan iedereen met box 3-inkomen gebruikmaken van de tegenbewijsregeling, ook zonder eerder bezwaar. Voor de jaren 2017-2020 geldt dit alleen als u tijdig bezwaar heeft gemaakt of meegedaan aan de massaalbezwaarprocedure. Vanaf belastingjaar 2025 wordt de tegenbewijsregeling onderdeel van de reguliere aangifte.
U kunt dit berekenen door uw werkelijke inkomsten (rente, dividend, huurinkomsten) en waardeveranderingen op te tellen en te delen door uw totale box 3-vermogen. Vergelijk dit percentage met de forfaitaire percentages van het betreffende jaar. De Belastingdienst biedt hulpmiddelen en het OWR-formulier om deze berekening te maken.
In het nieuwe stelsel worden huurinkomsten jaarlijks belast (met aftrek van kosten), maar waardestijgingen van vastgoed worden pas belast bij verkoop. Dit biedt een liquiditeitsvoordeel omdat u geen belasting betaalt over ongerealiseerde waardestijgingen. Voor vastgoed wordt een beginwaarde vastgesteld op 1 januari 2028 op basis van de WOZ-waarde.
Ja, de verhogingen in 2026 (hoger forfaitair rendement en lager heffingsvrij vermogen) kunnen aanzienlijke gevolgen hebben voor vastgoedbeleggers. Het kan verstandig zijn om uw investeringsstrategie te heroverwegen, bijvoorbeeld door te kijken naar investeren via een BV of het spreiden van investeringen over verschillende jaren.